Vraag

15 december 2021
Profielfoto van Sterre van Riel
Project assistent Startimpuls onderzoeksprogramma

“Maak jij gebruik van nieuwe informatie uit onderzoek voor de professionalisering van je werk met jongeren? En zo ja, waar vind je deze informatie?”

Toelichting

Denk bijvoorbeeld aan informatie uit onderzoek over hoe het jongerenbrein zich ontwikkelt, maar ook praktisch toepasbare kennis en methodes voor jeugdprofessionals en leerkrachten die met jongeren werken.

Motivatie

Voor het Startimpuls programma: ‘Optimale condities voor leren en veiligheid van jongeren’ doen wetenschappers over heel Nederland onderzoek naar praktische toepassingen van kennis over hersen- en gedragsontwikkeling in het onderwijs en de veiligheid van jongeren. Denk aan vragen zoals hoe werkt motivatie in dehersenen, hoe kunnen we pestprogramma's verbeteren en hoe ontstaat antisociaal en delinquent gedrag bij jongeren? Wetenschappers werken hierbij samen met maatschappelijk partners zoals het Nederlands Jeugdinstituut, stichting Kanjertraining en verschillende middelbare- en hogescholen. 

Namens het Startimpuls programma vragen wij ons af: 
-Of jongerenwerkers in de praktijk gebruik maken van kennis uit onderzoek?
-Zo ja, hoe?
-Zo nee, wat is de reden dit niet te doen? Of hoe zou informatievoorziening verbeterd kunnen worden zodat dit wel kan gebeuren?

Met deze info kunnen we onze vormen van informatievoorziening (vanuit kennisinstanties, zoals universiteiten en hogescholen) zo goed mogelijk aan laten sluiten op de wens tot professionalisering van jongerenwerkers. Met het doel dat kennis uit wetenschappelijk onderzoek daadwerkelijk nuttig is voor mensen die in hun dagelijks werk te maken hebben met de ontwikkeling van jongeren. En uiteindelijk de bijbehorende zorg en aanpak verbeterd kan worden.

Werkgebied

Startimpuls onderzoekspgrogramma: onderzoek naar praktische toepassingen van hersen- en gedragsontwikkeling, binnen de thema's onderwijs en veiligheid van jongeren. 

Profielfoto van Willeke Manders
Senior onderzoeker
Profielfoto van Dick Smit
Consulent / trainer / coach jongerenwerk en jeugdbeleid

Ha Sterre, veel informatie en onderzoeksrapporten haal ik bij het Lectoraat Youth Spot van de HvA, het dossier jongerenwerk van het NJI en via bronnen als Eveline Crone en Jelle Jolles. Via LinkedIn blijf ik ook redelijk op de hoogte.
Youth Spot, NJI en BVJong, de beroepsvereniging voor kinder- en jongerenwerkers hebben het initiatief genomen om een digitale "bibliotheek" op te zetten waarin relevante literatuur (onderzoeksverslagen, methodiekbeschrijvingen, etc) op een overzichtelijke wijze verzameld wordt. We kwamen er achter dat lang niet alle kinder- en jongerenwerkers weten waar ze deze relevante informatie kunnen vinden.
Ik ben erg benieuwd naar jullie onderzoeksprogramma. Veel succes en als je vanuit het werkveld van het kinder- en jongerenwerk input of ondersteuning nodig hebt neem dan contact op met BVJong/

Hartelijke groet,
Dick Smit.

Profielfoto van JP de Groot
Wijkteammedewerker

Mijn ervaring is dat wetenschappelijke kennis vaak via gedragswetenschappers en/of stafafdelingen organisaties binnenkomt. Bijvoorbeeld via trainingen waarin verwezen wordt naar de wetenschap erachter.
Ik ga er vanuit dat methoden en technieken gebaseerd zijn op de wetenschap. Ik twijfel zeker of dat altijd zo is en/of de wetenschap wel goed wordt toegepast.
Door het volgen van nieuws en actualiteiten komt er natuurlijk wel wat informatie binnen, maar alle onderzoeken zelf lezen, wegen en benutten kan natuurlijk niet als uitvoerend werker.

Sowieso moet je wat mij betreft oppassen met het idee dat het mogelijk is om volledig op de hoogte te zijn en alle kennis te hebben. Meer kennis is niet altijd beter. Wel toont het keer op keer aan hoeveel we eigenlijk niet weten...!
Het kunnen toepassen van kennis, het weten wanneer je wat op welke manier kunt benutten, is in mijn ogen iets wat meer aandacht moet krijgen. Die wijsheid wordt niet gevoed door kennis, maar door aandacht, presentie en bewustzijn. Aan louter kennis heb je niets, de tegenwoordigheid van geest om er iets mee te kunnen is minstens zo belangrijk. Oftewel zelfonderzoek en reflectie.

Maar goed, dat vroeg je niet. Terug naar je vraag: In het verlengde van mijn eerste paragraaf is het voor kennisdeling in mijn ogen van belang inzichten kort en bondig aan te bieden, omdat het aan tijd ontbreekt om alles zelf uit te zoeken en door te lezen. Door onderliggende uitleg optioneel te koppelen aan de kortere opsomming geeft het de mogelijkheid dieper te gaan indien nodig of gewenst.
Ook zou het helpend zijn als inzichten vertaald worden naar concrete gevolgen voor dagelijkse aanpak van het werk en dus ook op reeds bestaande modellen. Dus wat zegt het nieuwe inzicht over bestaande ideeën en concepten?